Corine Zonnenberg is dominee (Noorderlicht, Rotterdam) en heeft een eigen bedrijfje ‘Bijbelborrels’. In haar werk als pionier en als moeder van drie zoontjes, is ze veel bezig met de vraag: ‘Hoe kan ik de Bijbel dicht bij iemands hart brengen?’ “Mensen hebben de neiging om de manier waarop wij God ervaren, ook aan anderen over te brengen. Maar iedereen leert en ervaart God op een andere manier.”
Een van de dingen die haar opvallen, is dat we in de kerk geloof vaak maar op één manier aanbieden: luisteren en lezen. “We praten veel en lezen vaak uit de Bijbel. We verwachten dat het daarmee direct het hart van iedereen bereikt. Ik denk alleen dat dit niet zo is …” In het onderwijs wordt gewerkt met verschillende leerstijlen: denker, doener, dromer en beslisser. Hierop wordt het onderwijs aangepast. “Deze leerstijlen gelden ook voor geloof. Het is belangrijk om de manier van geloofsoverdracht daarop aan te passen: voor kinderen, tieners, jongeren en zelfs volwassenen.” Dat doet Corine als predikant zelf ook in haar preken. “De ene dienst diepen we een bepaald thema theologisch uit. Een andere keer laat ik mensen in gesprek gaan over een vraag of gebruik ik een kunstwerk of een muziekstuk om de preek te verduidelijken.”
Werken vanuit behoefte
Een van de plekken waar Corine dit in de praktijk brengt, is in het geloofsonderwijs aan haar kinderen. “Onze jongens zijn heel verschillend. De oudste is een echte denker.” Hij wil dingen leren, begrijpen en doordenken. “Toen we het laatst hadden over de storm op het meer en de discipelen die bang waren, vroeg ik hem om uit te zoeken hoe groot en diep het meer was. Daarnaast vroeg ik hem hoe gevaarlijk zo’n storm daar kon zijn.” Hij kwam tot de conclusie dat hij wel snapte dat de discipelen bang waren. “Mijn middelste zoontje is een dromer. Hij leert door te ervaren, creatief te zijn en door te kijken hoe iets werkt. Ik vroeg hem om te tekenen waar hij wel eens bang voor is en wat Jezus daarin voor hem wil betekenen.” Dat is een taal die dicht bij zijn hart ligt en die hem helpt om over God te leren.
Handvatten hierin kunnen de zogenaamde spirituele talen zijn. Dat zijn negen uitingen van geloof die iets zeggen over het karakter van jouw geloofsleven. “Ze kunnen jou helpen om van hart tot hart met God te zijn.” De ene persoon ervaart God in de natuur. De ander vindt Hem veel meer in Bijbelstudie of aanbidding. “Geen enkele ‘taal’ is goed of fout, maar als je dit van jezelf en anderen begrijpt, sluiten we beter aan bij de ander. Ik denk dat we een kans missen als we dit niet gebruiken in kringwerk, geloofsopvoeding of jeugdwerk: Deze kennis helpt ons om een stap dieper te gaan in ons geloof.”